Slow urbanism, hot or not?

Bezoek voor meer informatie Dutchplanners.nl

Slow urbanism, hot or not? 

Slow urbanism, wie kent het niet? In heel veel plannen wordt er over gesproken, net als over stedelijke accupunctuur, bottom-up initiatieven, organische ontwikkeling, Citta Slow (zie figuur Slow Urbanism, de mindmap). Kenmerken zijn een centralere positie voor de eindgebruikers, ook als nieuwe spelers in het veld van veranderende verhoudingen tussen overheden en markt, nieuwe verdienmodellen, anders bestemmen met opgerekte termijnen, mede door de Crisis en Herstelwet. En de wens van de overheid om regie te houden. Maar waarover eigenlijk? En gaan we niet op korte termijn weer terug naar de praktijk van voor 2008? Deze zomer willen we deze onderwerpen verder onderzoeken.

Einde van de VINEX

De echte grote geplande stadsontwikkelingsprojecten zijn de afgelopen jaren tot stilstand gekomen en verdwenen. Er is de afgelopen jaren een andere wind gaan waaien in de gebiedsontwikkeling. Projecten zijn langzamer of niet tot stand gekomen. Er zijn minder woningen gebouwd en er zijn andere invullingen voor locaties gekomen. Door de financiële crisis zijn projecten stil komen te liggen en niet tot uitvoering gekomen. Het Bottom-up-initiatief is het credo geworden. Mooie kansen zijn van onderaf ontstaan, zowel in stedelijke gebieden als in krimpgebieden, met tijdelijke en definitieve invullingen. Vaak worden buitenlandse voorbeelden aangehaald ter inspiratie hoe het zou kunnen.

Dergelijke plannen worden voorzien van het stempel slow urbanism. Hoewel we ook sinds 2011 weten dat stedelijke ontwikkelingsprojecten überhaupt trager gaan. Is slow urbanism dan niet anders dan vertraagde geplande projecten? Of is er een nieuwe definitie gekomen? Wij gaan op zoek naar meer duidelijkheid hierover.

Denkt u mee?

Dus wat is slow urbanism nu eigenlijk? Voor welke voorbeelden en initiatieven gaat slow urbanism als mechanisme of methodiek ook echt op? En wat vindt u ervan? Hierover gaan we met elkaar in gesprek.

Maarten Bosman, Natascha Krömer, Ellen Klein Gunnewiek en Mark Verhijde organiseren deze zomer enkele discussies en bijeenkomsten voor verdere verkenning van deze thema’s. Ook willen we enkele Duitse voorbeelden onderzoeken door met elkaar gezamenlijk naar Berlijn te gaan. Wilt u meedoen in dit gesprek, stuur dan een bericht naar Acquire Publishing.

slow-urbanism

Prinzessinnengarten, Badeschiff und mehr

Berlijn is een vaak gebruikt voorbeeld voor bottom-up initiatieven en slow urbanism. Er zijn veel voorbeelden te geven. Hierbij geven we twee hot topic voorbeelden die nieuwe betekenis geven voor bijzondere plekken in Berlijn. Daarnaast gaan we kort in op welk beleid de overheid daarvoor voert.

Nomadisch Grün in Prinzessinnengarten

In Prinzessinnengarten is de verenging Nomadisch Grün. De plek was meer dan zestig jaar een gat in het stedelijk weefsel. Het is een zeer stedelijke wijk met zeer weinig groen en veel sociale problemen. Bewoners, van jong tot oud kunnen lokaal producten verbouwen. De tuin is mobiel. Planten groeien in dozen en tetrapaks en containers zodat ze makkelijk verplaatsbaar zijn.

De investeringen worden bekostigd door de activiteiten die worden uitgevoerd op de locatie. De vereniging betaalt 2300 euro per maand voor het gebruik van de grond. Om opbrengsten te genereren organiseren zij worden workshops en culturele activiteiten opgezet. Ook is er een Gartencafé.

Badeschiff Berlin

De oevers van de Spree waren lange tijd volgebouwd met restanten van oude DDR fabrieken en slecht begaanbaar. De oevers waren niet de aantrekkelijkste plek voor de stad. Een vernieuwend project moest ervoor zorgen dat de Spree meer betekenis aan de plek zou geven. Er is een prijsvraag uitgeschreven. . Susanne Lorenz bedacht dat drijvende goederencontainers als zwembad voor de stad konden dienen. Sinds 2004 is het vechten voor een plek op warme zonnige dagen.

De Berlijnse dynamiek 

De economie bloeit op dit moment in Berlijn. Na de val van de Berlijnse muur is er veel in Berlijn gebouwd. Tussen 2001 en 2006 was er in Duitsland een economische crisis. Sinds 2011/2012 trekt de Duitse economie enorm aan in grote steden en agglomeraties. Op dit moment wordt er erg veel gebouwd. Er is een tekort aan woningen omdat tussen 2000 en 2010 te weinig is gerealiseerd. Door de inflatie is het juist nu aantrekkelijk om een eigen huis te bouwen in plaats van veel te sparen. De Nederlandse en Duitse economie zijn dan ook niet geheel vergelijkbaar.

Er is berekend dat Berlijn tot 2030 zeker 30.000 woningen per jaar nodig heeft. Dat is een enorme bouwproductie. Afgelopen drie jaar groeide het aantal inwoners in de stad met 175.000 inwoners. Het is gewild wonen in het binnenstedelijk gebied. De prijzen stijgen en veel buitenlanders willen ook een woning kopen. De vraag is dan ook hoe Berlijn woningen betaalbaar kan houden voor alle bewoners.

BerlinStrategie – Berlin 2030 (StEK 2030)

Berlijn zet in om met elkaar de stad te ontwikkelen. Met Stadtforum 2030 (participatieproject) zijn bewoners op diverse locaties binnen Berlijn aan de slag gegaan met mensen uit de politiek, wetenschap en sociale gemeenschappen om een nieuwe strategie te ontwikkelen. Hiervoor zijn verschillende sporen ontwikkeld.

Op braakliggende terreinen zijn tal van initiatieven door burgerinitiatieven. Er zijn ‘Baugruppen’ die bezig zijn met de Selfmate city. Er zijn creatieve ondernemingen die open gaten in stedelijk weefsel (Baulücken) tijdelijk bebouwen. Oude industriegebouwen worden getransformeerd zoals Planet Modulor, Betahaus, Markthalle 9 en Badeschiff in de Spree. Ook zijn er partijen die evenementen en festivals organiseren op vliegveld Tempelhof zoals Makecity for architectur and urban alternatives. De overheid stimuleert burgerparticipatie door actie bewoners actie te laten nemen.